Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bruin·grijs
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bruingrijs
verkleinwoord

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord

Zelfstandig naamwoord

het bruingrijso

  1. (RAL-kleur) een kleur tussen bruin en grijs met RAL-nummer 7013.
    • Heeft u die ook in het bruingrijs? 
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen bruingrijs bruingrijzer bruingrijst
verbogen bruingrijze bruingrijzere bruingrijste
partitief bruingrijs bruingrijzers -

Bijvoeglijk naamwoord

bruingrijs

  1. (RAL-kleur) deze kleur hebbend, een kleur tussen bruin en grijs, met RAL-nummer 7013.
    • Hij rijdt in een bruingrijze auto. 
Vertalingen

Gangbaarheid