granietgrijs
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- gra·niet·grijs
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van graniet en grijs
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | granietgrijs | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
granietgrijs o
- (RAL-kleur) een kleur grijs met RAL-nummer 7026.
- Heeft u die ook in het granietgrijs?
stellend | |
---|---|
onverbogen | granietgrijs |
verbogen | granietgrijze |
Bijvoeglijk naamwoord
granietgrijs
- (RAL-kleur) deze kleur hebbend, een kleur grijs, met RAL-nummer 7026.
- Hij rijdt in een granietgrijze auto.
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'granietgrijs' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.