Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·keers·wit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord verkeerswit
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het verkeerswito

  1. (RAL-kleur) een kleur wit met RAL-nummer 9016.
    • Heeft u die ook in het verkeerswit? 
stellend
onverbogen verkeerswit
verbogen verkeerswitte

Bijvoeglijk naamwoord

verkeerswit

  1. (RAL-kleur) deze kleur hebbend, een kleur wit, met RAL-nummer 9016.
    • Hij rijdt in een verkeerswitte auto. 
Vertalingen


Gangbaarheid