Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • licht·groen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lichtgroen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het lichtgroeno

  1. (RAL-kleur) een kleur groen met RAL-nummer 6027.
    • Heeft u die ook in het lichtgroen? 
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen lichtgroen lichtgroener lichtgroenst
verbogen lichtgroene lichtgroenere lichtgroenste
partitief lichtgroens lichtgroeners -

Bijvoeglijk naamwoord

lichtgroen

  1. (RAL-kleur) deze kleur hebbend, een kleur groen, met RAL-nummer 6027.
    • Hij rijdt in een lichtgroene auto. 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be