WikiWoordenboek:Partitieve vorm
In het Nederlands hebben vele bijvoeglijke naamwoorden een vorm op -s, die de partitieve vorm genoemd wordt. De vorm stamt af van de genitief van het oude buigingssysteem en wordt gebruikt na woorden die een hoeveelheid uitdrukken, zoals veel, weinig of niets:
- Dat is niets nieuws.
- Men verwacht er veel goeds van.
Ook van de vergrotende trap bestaat vaak een partitief:
- Heb je niets beters?
Als het bijvoeglijk naamwoord al op een sisklank eindigt, vervalt de slot -s:
- Geef mij maar iets fris.
- Dat is iets fantastisch!