Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Acht
0008
acht,
op een abacus


Telwoord (nl)
0123456789
10111213141516171819
20212223242526272829
30313233343536373839
40414243444546474849
50515253545556575859
60616263646566676869
70717273747576777879
80818283848586878889
90919293949596979899
1002003004005006007008009001000
10610910121015101810211024102710301033
1036103910421045104810511054105710601063
10661069107210751099101001012010303103003
  • acht

[A] acht

  1. "8", het getal tussen zeven en negen
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen acht euro en zevenendertig cent. 
       Met Terlouw als lijsttrekker herstelde D66 zich en ging de partij in 1977 van zes naar acht zetels. In een tijd van onverzoenlijke tegenstellingen tussen links en rechts voerde ideale schoonzoon Terlouw met succes campagne.[8]
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • Het juiste antwoord op opgave acht is "42". 
      • "Het is kwart voor acht" wil zeggen: 7:45 of 19:45 uur. 
  •  achten tw  (oude verbogen vorm na sommige voorzetsels)

bijwoord

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "acht" ht als rechterdeel

[A]deachtv/m

  1. het cijfer 8
    • Hij had maar een klein achtje op zijn cijferlijst. 
  2. dat wat in een (rang)ordening met 8 is aangeduid
    • Het is weer de acht die het niet doet, kunnen we die niet simpel vervangen? 
    • Hij had allemaal zevens en zesjes en maar één acht op zijn rapport. 
  3. traject in de vorm van een acht
    • Hij reed achtjes op het lange plein. 

[A] acht mv

  1. groep van 8 eenheden
    • Deze acht zijn natuurlijk blij, maar laten we ook denken aan het verdriet van de vier die zijn afgewezen. 
enkelvoud meervoud
naamwoord acht -
verkleinwoord - -

[B]deachtv/m

  1. vereiste belangstelling of zorg, komt tegenwoordig alleen voor in vaste combinaties als:
    • Hij sloeg geen acht op het stopteken en reed door. 
    • Geef acht!  - militair commando om soldaten in de houding te laten staan in afwachting van volgende commando's
    • Zolang je nog koorts hebt, moet je jezelf in acht nemen.  - advies bedoeld om een zieke rust te laten houden
vervoeging van
achten

[B] acht

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van achten
  2. gebiedende wijs van achten
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[9]
  • acht

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII
  • acht
  • Afgeleid van het Oudhoogduitse ahto

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII

acht

  1. attributieve vorm van achte
  • acht
  • Afgeleid van het Oudnederlandse ahto

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII
  • acht
  • Afgeleid van het Oudsaksische ahto

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII
  • acht

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII
  • acht

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII
  • acht

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII
  • acht

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII

acht

  1. (Münsterlands), (Zuidwestfaals) acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII
  • acht
  • Afgeleid van het Middelnederlandse acht / achte

acht

  1. acht; het gehele getal tussen zeven en negen, in Arabische cijfers 8, in Romeinse cijfers VIII