Nederlands

       
0 0 1 9
negentien,
op een abacus


Telwoord (nl)
0 1 2 3 4 5 6 7 8 9
10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
20 21 22 23 24 25 26 27 28 29
30 31 32 33 34 35 36 37 38 39
40 41 42 43 44 45 46 47 48 49
50 51 52 53 54 55 56 57 58 59
60 61 62 63 64 65 66 67 68 69
70 71 72 73 74 75 76 77 78 79
80 81 82 83 84 85 86 87 88 89
90 91 92 93 94 95 96 97 98 99
100 200 300 400 500 600 700 800 900 1000
106 109 1012 1015 1018 1021 1024 1027 1030 1033
1036 1039 1042 1045 1048 1051 1054 1057 1060 1063
1066 1069 1072 1075 1099 10100 10120 10303 103003
Uitspraak
Woordafbreking
  • ne·gen·tien
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

negentien

  1. "19", het getal tussen achttien en twintig, tien plus negen
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen negentien euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • Het juiste antwoord op opgave negentien is "42". 
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen

zelfstandig naamwoord samengesteld met "negentien" ht

bijvoeglijk naamwoord samengesteld met "negentien" ht

bijwoord

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "negentien" ht als linkerdeel

hooftelwoorden samengesteld met "negentien" ht als rechterdeel
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord negentien negentiens
verkleinwoord negentientje negentientjes

Zelfstandig naamwoord

negentien v / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 19 is aangeduid
    • Het is weer de negentien die het niet doet, kunnen we die niet simpel vervangen? 
    • Haar twintigste verjaardag was een belangrijk moment, want haar leven werd heel anders toen ze de negentien eenmaal voorbij was. 

negentien mv

  1. groep van 19 eenheden
    • De negentien zijn natuurlijk blij, maar laten we ook denken aan het verdriet van de vier die zijn afgewezen. 

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen


Achterhoeks

Hoofdtelwoord

negentien

  1. negentien; 9 + 10, in Arabische cijfers 19, in Romeinse cijfers XIX.


Afrikaans

Uitspraak
Telwoord (afr)
0
1 11 10 100 103
2 12 20 200 106
3 13 30 300 109
4 14 40 400
5 15 50 500
6 16 60 600
7 17 70 700
8 18 80 800
9 19 90 900

Hoofdtelwoord

negentien

  1. negentien


Nedersaksisch

Hoofdtelwoord

negentien

  1. negentien; 9 + 10, in Arabische cijfers 19, in Romeinse cijfers XIX.