leeuw
Niet te verwarren met: Leeuw |
- leeuw
- via Middelnederlands leeuwe / lewe en Oudnederlands lewo van Latijn leo, in de betekenis van ‘katachtige’ voor het eerst aangetroffen in 901 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | leeuw | leeuwen |
verkleinwoord | leeuwtje | leeuwtjes |
de leeuw m
- (roofdieren) bepaald soort zoogdier, Panthera leo grote katachtige waarvan het mannetje lange manen heeft
- De leeuw leeft in Afrika en in India.
- Australische zeeleeuw, buidelleeuw, Californische zeeleeuw, galapagoszeeleeuw, gevlekte mierenleeuw, holenleeuw, mierenleeuw, Nieuw-Zeelandse zeeleeuw, stellerzeeleeuw, zeeleeuw, zwartkopmierenleeuw
- akkerleeuw, bergleeuw, bladluizenleeuw, circusleeuw, de Leeuw, grottenleeuw, klavierleeuw, Kleine Leeuw, mannetjesleeuw, muurleeuw, schaduwleeuw, schildleeuw, zilverleeuw, Zoutleeuw
- gouden leeuwaapje, leeuwaapjes, leeuwmakaak
- leeuwaap, leeuwaapje, leeuwachtig, leeuwenaandeel, leeuwenaard, leeuwenbek, leeuwendaalder, leeuwendans, leeuwendeel, leeuwendistel, leeuwenhart, Leeuwenhoek, leeuwenhoekhuis, leeuwenhok, leeuwenhol, leeuwenhuid, leeuwenjacht, leeuwenjager, leeuwenjong, leeuwenklauw, leeuwenkooi, leeuwenkop, leeuwenkracht, leeuwenkuil, leeuwenmanen, leeuwenmannetje, leeuwenmasker, leeuwenmelk, leeuwenmerg, leeuwenmest, leeuwenmoed, leeuwenmuil, leeuwenorde, leeuwenpoort, leeuwenpoot, leeuwenstaart, leeuwentand, leeuwentemmer, leeuwenvaan, leeuwenvaandel, leeuwenvlag, leeuwenwelp, leeuwerik, leeuwetand, leeuwhond, leeuwhondje, leeuwin
- Afrikaanse goudkat
- Afrikaanse luipaard
- Afrikaanse wilde kat
- amoertijgerkat
- amoerpanter
- Anatolische luipaard
- Arabische luipaard
- Aziatische goudkat
- Balinese tijger
- balkanlynx
- Bengaalse tijger
- Bengaalse tijgerkat
- berberleeuw
- bergkat
- borneogoudkat
- Borneose nevelpanter
- Canadese lynx
- caracal
- cheeta
- Chinese bergkat
- Chinese tijger
- colocolokat
- cougar
- Euraziatische lynx
- Europese leeuw
- Europese wilde kat
- floridapanter
- genet
- geoffroykat
- holenleeuw
- huiskat
- hyena
- Indische panter
- iriomotekat
- jachtluipaard
- jaguar
- jaguarundi
- Javaanse panter
- Javaanse tijger
- Kaapse leeuw
- Kaspische tijger
- kat
- los
- luipaard
- lynx
- lynxen
- Maleise tijger
- manoel
- margay
- marmerkat
- Mesopotamische leeuw
- moeraskat
- nachtkat
- nevelpanter
- Noord-Chinese panter
- Noord-Indochinese tijger
- ocelot
- pampakat
- pantanalkat
- panter
- pardelkatten
- pardellynx
- Perzische leeuw
- Perzische panter
- platkopkat
- poema
- rode lynx
- roestkat
- sabeltandkatten
- serval
- Siberische tijger
- sneeuwluipaard
- sneeuwpanter
- Sri Lankaanse panter
- Sumatraanse tijger
- tijger
- tijgerkat
- vissende kat
- wilde kat
- woestijnkat
- zanzibarluipaard
- zwartvoetkat +
- Aan de klauw kent men de leeuw.
Het is gemakkelijk te zien dat iemand heerszuchtig, dominant, hebzuchtig e.d. is
- Het is kwaad de leeuw te scheren.
Bij machtige personen moet men voorzichtig zijn in de omgang.
- Vechten als een leeuw
Hard en onverschrokken vechten
- Zich in het hol van de leeuw wagen
Ergens heen gaan waar je moeilijkheden kunt verwachten, onderhandelen met de vijand, (in ruimere zin) een groot risico nemen
1. Panthera leo een groot katachtig roofdier met lange manen
- Het woord leeuw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "leeuw" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "leeuw" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ leeuw op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be