leeuwendeel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  leeuwendeel    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• leeu·wen·deel

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  leeuw  en  deel  met het invoegsel -en- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	leeuwendeel	leeuwendelen
verkleinwoord	leeuwendeeltje	leeuwendeeltjes

Zelfstandig naamwoord

het leeuwendeel o

1. het grootste deel, het belangrijkste deel

Vertalingen

    1.   

Duits: Löwenanteil (de) m Engels: lion's share (en)

Frans: part du lion (fr) v Spaans: parte del león (es) v

Gangbaarheid

• Het woord leeuwendeel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "leeuwendeel" herkend door:

94 %	van de Nederlanders;
89 %	van de Vlamingen.