Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • don·ker·cy·aan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord donkercyaan
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het donkercyaano

  1. (kleur) een donkere variant van cyaan
    • Heeft u die ook in het donkercyaan? 
stellend
onverbogen donkercyaan
verbogen donkercyane

Bijvoeglijk naamwoord

donkercyaan

  1. (kleur) de kleur donkercyaan hebbend
    • Hij rijdt in een donkercyane auto. 


Gangbaarheid