Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ren
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘kippenloop’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1540 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord ren rennen
verkleinwoord rennetje rennetjes

Zelfstandig naamwoord

[A] ren v/m

  1. een kippenverblijf
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

[B] ren m

  1. (sport) (meestal in meervoud) een snelheidsproef op de weg of in het terrein
    • Een snelheidsproef in de lucht of het water noemt men nooit een ren of rennen. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Werkwoord

vervoeging van
rennen

ren

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rennen
    • Ik ren. 
  2. gebiedende wijs van rennen
    • Ren! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rennen
    • Ren je? 
     Ik heb vaak haast en ren door het leven.[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen


Catalaans

Zelfstandig naamwoord

ren m

  1. (evenhoevigen) rendier


Interlingua

Zelfstandig naamwoord

ren

  1. (evenhoevigen) rendier


Latijn

Zelfstandig naamwoord

ren m

  1. (anatomie) nier


Marshallees

Zelfstandig naamwoord

ren

  1. drank
  2. water
Synoniemen


Pools

Periodiek systeem der elementen (pol)
H He
Li Be B C N O F Ne
Na Mg Al Si P S Cl Ar
K Ca Sc Ti V Cr Mn Fe Co Ni Cu Zn Ga Ge As Se Br Kr
Rb Sr Y Zr Nb Mo Tc Ru Rh Pd Ag Cd In Sn Sb Te I Xe
Cs Ba * Hf Ta W Re Os Ir Pt Au Hg Tl Pb Bi Po At Rn
Fr Ra ** Rf Db Sg Bh Hs Mt Ds Rg Cn Fl Lv
* La Ce Pr Nd Pm Sm Eu Gd Tb Dy Ho Er Tm Yb Lu
** Ac Th Pa U Np Pu Am Cm Bk Cf Es Fm Md No Lr
Uitspraak

Zelfstandig naamwoord

ren m

  1. (evenhoevigen) rendier
  2. (scheikunde), (element) Re, renium
Verbuiging


Roemeens

Zelfstandig naamwoord

ren m

  1. (evenhoevigen) rendier


Turks

Zelfstandig naamwoord

ren

  1. (evenhoevigen) rendier


Vietnamees

Zelfstandig naamwoord

ren

  1. kant (vorm van vlechtwerk)


Zweeds

Uitspraak
Naar frequentie 1254
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   ren     renen     renar     renarna  
genitief   rens     renens     renars     renarnas  

Zelfstandig naamwoord

ren, g

  1. (evenhoevigen) rendier
stellend vergrotend overtreffend
ren
renare
renast

Bijvoeglijk naamwoord

ren

  1. schoon