Hosea
- Ho·sea
- via Middelnederlands Osee, Latijn Hoseas en Oudgrieks Ὡσηέ (Hoosée) van Hebreeuws הוֹשֵׁעַ en (Hosjea) "(de Heer) helpt/redt", naam van personen in de Bijbel [1] [2] [3] [4]
Hosea m
- (religie) naam van meerdere personen uit de Bijbel
- afstammeling van Efraïm, zoon van Nun (Num. 13:8, 13:16, Deut. 32:44);
- zoon van Ela, laatste koning van het noordrijk Israël (8x: 2 Kon. 15:30 +);
- zoon van Beëri, profeet in het noordrijk Israël in de tijd van koning Jerobeam van Israël; zijn woorden staan in een naar hem genoemd Bijbelboek (Hos. 1:1, 1:2);
- een van de hoofden van het volk die zich na terugkeer uit de ballingschap in Babel verbinden om de Tora te onderhouden (Neh. 10:24);
- zoon van Azazjahu, hoofd van de stam Efraïm (1 Kron. 27:20);
- (religie) boek in de Bijbel, waarin de profeet Hosea, zoon van Beëri, een hoofdrol speelt
- (mannelijke naam) jongensnaam
[2] boeken in de christelijke Bijbel
- Genesis
- Exodus
- Leviticus
- Numeri
- Deuteronomium
- Jozua
- Rechters
- Ruth
- 1 Samuel
- 2 Samuel
- 1 Koningen
- 2 Koningen
- 1 Kronieken
- 2 Kronieken
- Ezra *
- Nehemia
- Ester *
- Job
- Psalmen
- Spreuken
- Prediker
- Hooglied
- Jesaja
- Jeremia
- Klaagliederen
- Ezechiël
- Daniël *
- Hosea
- Joël
- Amos
- Obadja
- Jona
- Micha
- Nahum
- Habakuk
- Sefanja
- Haggai
- Zacharia
- Maleachi
- Apocriefen
- aanvullingen op boeken
hiervoor gemarkeerd met *
1.
- Het woord 'Hosea' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Vroegmiddelnederlands Woordenboek
- ↑ Hosea op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
- ↑ verklaring: Hosea in de Nederlandse Voornamenbank van het Meertens Instituut op de website van de KNAW