pers

Niet te verwarren met: Pers, pers.

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  pers    (hulp, bestand)
• IPA: / pɛrs / (1 lettergreep)

Woordafbreking

• pers

Woordherkomst en -opbouw

• [A]: via Middelnederlands  perse zn  van laat Latijn pressa
  • [A] 2.: van Frans presse, in de betekenis van ‘drukpers’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1641
• [B]: van het demoniem Pers "iemand uit Perzië"
  • [B] 1.: In de betekenis van ‘oosters tapijt’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1961
  • [B] 2.: In de betekenis van ‘kattensoort’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1971

[A] 1.	enkelvoud	meervoud
naamwoord	pers	persen
verkleinwoord	persje	persjes

[A] 2.	enkelvoud	meervoud
naamwoord	pers	-
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

[A] de pers v / m

1. (gereedschap) instrument waarmee druk uitgeoefend kan worden
2. (media) (metonymisch) verzamelterm voor journalistieke media

   ▸ Denemarken ook nauwelijks, in de pers hadden ze het uitgebreid gehad over de gemoedelijke verhouding tussen de Deense bevolking en de Duitse gasten. De koning en de regering van Denemarken zaten nog op hun plaats en de samenwerking leek uitstekend te functioneren binnen de Germaanse verbroedering.

Hyponiemen

   

amandelpers arbeiderspers balenpers bankbiljettenpers beeldpers boekdrukpers boulevardpers broekenpers broekpers cilinderpers citroenpers citruspers dagbladpers degelpers diepdrukpers drukpers etspers filmpers filterpers fruitpers gaaipers geldpers handpers honingpers hoogdrukpers hooipers kaaspers knoflookpers kopieerpers kuippers kwaliteitspers lakenpers lekenpers lijmpers modepers muziekpers offsetpers oppositiepers overheidspers partijpers pick-uppers plaatpers pletpers pulppers regeringspers roddelpers rotatiepers schandaalpers schroefpers sensatiepers sluikpers snelpers sportpers staatspers strengpers stropers tabloidpers touwpers vakpers vruchtenpers walspers waterpers weekbladpers wereldpers wielerpers wijnpers zeefdrukpers

Afgeleide begrippen

   

Persgroep persaandacht persaccreditatie persafdeling persagent persagentschap persalarm persalarmering persappelsien persartikel persattaché persbabbel persbelangstelling persbeleid persbericht persbijeenkomst persboom persboycot persbreidel persbriefing persbrood persbuis persbureau perscampagne perscensuur perscentrum perschef persclub perscombinatie perscommentaar perscommuniqué persconferentie perscontact persdag persdelict persdienst persdorp persdossier persen persevenement persfilter persfoto persfotograaf persfotografie persfusie persgas persgeheim persgeld persgeschiedenis persgesprek persgilde persglas persgroep pershonig pershoning pershooi pershout persinformatie persinstituut persjongen perskaart perskamer persklaar persklep perskorps perskracht persleiding perslek perslucht perslunch persmachine persmagnaat persman persmap persmatrijs persmededeling persmedium persmeester persmensen persmerk persmisdrijf persmolen persmoment persmuseum persmuskiet persofficier persontmoeting persorgaan persoverzicht perspassing perspenning persplank perspolitie perspomp perspot perspresentatie persprijs persprofessor perspublicatie perspunt persraad persreactie persrechter persrevisie persruimte perssecretaris perssinaasappel persstilte persstop perstribune persvak persvereniging persverklaring persvertegenwoordiger persvoeder persvoer persvoorlichter persvoorlichting persvoorlichtster persvoorstelling persvorm persvrijheid perswaakhond perswee perswet perswetenschap perswijn perswoordvoerder perszaal perszaken

Verwante begrippen

• presseren

Vertalingen

    1. instrument waarmee druk uitgeoefend kan worden   

Engels: press (en)

Spaans: prensa (es) v, exprimidor (es) m, juguera (es) v, tórculo (es) m

    2. journalistieke media   

Duits: Presse (de) v Engels: press (en) Frans: presse (fr) v

Papiaments: prensa Spaans: prensa (es) v

Werkwoord

vervoeging van
persen

[A] pers

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van persen
   

   • Ik pers. 

2. gebiedende wijs van persen
   

   • Pers! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van persen
   

   • Pers je? 

[B]	enkelvoud	meervoud
naamwoord	pers	perzen
verkleinwoord	persje	persjes

Zelfstandig naamwoord

[B] de pers m

1. tapijt van een type dat uit Iran afkomstig is
2. kat van een bepaald langharig ras met een brede kop dat oorspronkelijk uit Iran afkomstig is

Uitdrukkingen en gezegden

• Een wet van Meden en Perzen zijn

een regel waarvan nooit mag worden afgeweken

Vertalingen

    1.   

Engels: persian (en)

Spaans: persa (es) m

Gangbaarheid

• Het woord pers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pers" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Afrikaans

Uitspraak

• IPA

  bn /pɛːrs/ - zn /pɛrs/

  geluid

Woordafbreking

• pers

stellend	vergrotend	overtreffend
pers	-	-

Bijvoeglijk naamwoord

pers

1. paars

Synoniemen

• rooiblou

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	pers	perse

Zelfstandig naamwoord

pers

1. pers
2. (kleur) paars.

Uitdrukkingen en gezegden

• die geel pers
  • de sensatiebeluste pers/dagbladen

stamtijd
infinitief	voltooid deelwoord
pers /pɛrs/	het gepers /hɛt xəpɛrs/
	volledig

Werkwoord

pers

1. persen

Afgeleide begrippen

• perser

Schrijfwijzen

• Arabische transcriptie: پَِرْسْ.

Engels

Afkorting

pers

1. afkorting van Persian (Perzisch).

Frans

Uitspraak

• IPA: /pɛʁ/

Woordafbreking

• pers

Woordherkomst en -opbouw

• Ontleend aan het Middeleeuws-Latijnse persus/persum (soort donkerblauw), dat een gewijzigde vorm van het Klassiek-Latijnse persicus (Perzisch, perzikboom) is

	enkelvoud	meervoud
mannelijk	pers	pers
vrouwelijk	-	-

Bijvoeglijk naamwoord

pers

1. (kleur) een bepaalde kleur tussen blauw en groen hebbend.

   «Minerve aux yeux pers.»

   Minerva met de blauwgroene ogen.

Gelijkklinkende woorden

• pair
• paire
• perd
• père

Synoniemen

• bleu-vert, vert-bleu
• (andere kleuren tussen blauw en groen) cyan, turquoise

Koerdisch

Zelfstandig naamwoord

pers

1. vraag

Synoniemen

• pirs, pirsiyar

Zweeds

Afkorting

pers

1. afkorting voor person/personer (persoon/personen).

Zelfstandig naamwoord

1. (sport), (afkorting) persoonlijk record.

   «Det är svårt att slå pers i varje tävling.»

   Het is moeilijk om je persoonlijke record elke wedstrijd te breken.

Synoniemen

• personbästa