Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pers·cam·pag·ne
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord perscampagne perscampagnes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de perscampagnev / m

  1. een actie waarmee men probeert, door publicaties in kranten en tijdschriften, de publieke opinie in een bepaalde richting te sturen
     Alfred Püllman bestond dus, de motor achter de perscampagne die Grünenthal ongetwijfeld financierde.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044633535