Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pers·dag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord persdag persdagen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de persdagm

  1. dag waarop iets of iemand zich presenteert aan journalisten
    • De bekendmaking van het winnende ontwerp volgt op 10 juli tijdens de persdag van de Zwarte Cross. Daarna is de vlag snel verkrijgbaar in de webshops van Grolsch en de Zwarte Cross. Op het festival zullen ook grote vlaggen met het winnende ontwerp wapperen. [1] 
    • Kompany was een van de spelers die op de persdag bij de Rode Duivels werd gevraagd naar de janboel. Via huiszoekingen is door Belgische politie elf miljoen euro aan geld en goederen, voornamelijk luxe horloges, in beslag genomen. 22 mensen worden voorgeleid, vier verdachten zijn aangehouden in het buitenland en naar twee van hen is een Europees aanhoudingsbevel uitgevaardigd. [2] 

Gangbaarheid

83 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen