sla
- sla
- In de betekenis van ‘plant, gerecht daarvan’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1]
- Samentrekking van salade.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sla | sla's |
verkleinwoord |
- (plantkunde) elke plant van de soort Lactuca (wikidata: sla )
- (plantkunde) eenjarige plant Lactuca sativa uit de Composietenfamilie Asteraceae (wikidata: sla )
- (groente) eetbare bladeren van Lactuca sativa (wikidata: sla )
- (voeding) gerecht met koude groente en eventueel een dressing (wikidata: sla )
- 3. eetbare bladeren van Lactuca sativa
- 4. gerecht met koude groente en eventueel een dressing
|
|
1. plant van de soort Lactuca
2. plant Lactuca sativa
2 en 3. (bladeren van) Lactuca sativa
4. salade
vervoeging van |
---|
slaan |
sla
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van slaan
- Ik sla.
- gebiedende wijs van slaan
- Sla!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van slaan
- Sla je?
- aanvoegende wijs van slaan
- ▸ Ook al ben ik geen katholiek, toch sla ik vaak een kruisje voor mijn borst.[2]
- Het woord sla staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sla" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "sla" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be