ISO 639-3
bar
bestand
  • Bei·ers
  • Afgeleid van Beier met het achtervoegsel -s
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Beiers - -
verkleinwoord - - -

het Beierso

  1. geen meervoud (taal) taal gesproken door ten minste 12 miljoen mensen in Oostenrijk, Tsjechië, Duitsland, Hongarije en Italië
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen Beiers Beierser Beierst
verbogen Beierse Beiersere Beierste
partitief Beiers Beiersers -

Beiers

  1. (demoniem) gerelateerd aan of afkomstig uit Beieren
    • Want wie verdienden er aan het leed van anderen, en in welk Duitsland konden zij vrij hun gang gaan? Indrukwekkend zijn de passages over het echtpaar Von Schirach: Baldur von Schirach was leider van de Hitlerjugend in Duitsland en daarna gouwleider [regionaal leider van de partij, red.] in Wenen, hij werd in Neurenberg tot twintig jaar celstraf veroordeeld. Zijn vrouw Henriette kocht na zijn dood hun perceel plus villa in Beieren voor weinig geld – het was ‘bijna gratis’ – van de Beierse staat terug. [1]