• men·sen

demensenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord mens.
     Slechts vier mensen, waaronder ik, hadden microspikes voor onder hun schoenen.[1]
     Volgens premier Schoof was de paus "in alles mens onder de mensen". Dat schrijft hij op X. "De katholieke wereldgemeenschap neemt afscheid van een leidsman die de noden van deze tijd zag en benoemde. Met zijn diep doorleefde soberheid, dienstbaarheid en medemenselijkheid was paus Franciscus een voorbeeld voor zeer velen, ook voor niet-katholieken."[2]
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 21 april 2025 Weblink bron “Bedroefde reacties op dood van paus: 'Miljoenen mensen geïnspireerd'” (21 april 2025), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

mensen

  1. meervoud van mense
  • men·sen

mensen m

  1. nominatief bepaald enkelvoud van mens

mensen

  1. meervoud van mense