1. Een dobermannpincher.
  • do·ber·mann·pin·cher
enkelvoud meervoud
naamwoord dobermannpincher dobermannpinchers
verkleinwoord

de dobermannpincherm

  1. Duits ras van grote, slanke zwart-bruine honden die vaak als waakhond worden gebruikt
    • Boxers, bouviers, Deense doggen en dobermannpinchers mogen niet meer tentoongesteld worden met gecoupeerde oren.