raaf
![]() |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: raaf (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /raːf/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /raːf/
Woordafbreking
- raaf
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Jiddisch, in de betekenis van ‘opperrabbijn’ voor het eerst aangetroffen in 1875 [1]
(erfwoord) Middelnederlands rave, raven |
Andere Germaanse talen: |
Andere Indo-Europese talen: |
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | raaf | raven |
verkleinwoord | raafje | raafjes |
Zelfstandig naamwoord
raaf v
- (zangvogels) grootste van alle zangvogels, met flinke snavel, Corvus corax
- Raven worden vaak in een enge context geplaatst.
Verwante begrippen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
- Australische raaf, bruinnekraaf, dikbekraaf, Ethiopische raaf, kleine raaf, noordelijke hoornraaf, schildraaf, Tasmaanse raaf, waaierstaartraaf, witnekraaf, woestijnraaf, zuidelijke hoornraaf
Hyponiemen
- aasraaf, alpenraaf, beetraaf, bokraaf, hoornraaf, kapraaf, nachtraaf, paradijsraaf, steenraaf, warauraaf, waterraaf, woudraaf, zeeraaf
Afgeleide begrippen
- bruine raafkaketoe
- raafachtig, raafeend, raafkaketoe, raaflinnen, raafparkiet, raafvogel, raafzwart, ravenaas, ravenbek, ravenbladroller, ravengekras, ravengekrijs, ravenmoeder, ravennest, ravenveer, ravenvlecht, ravenvoet, ravenwiel, ravenzwart
Vertalingen
1. grootste van alle zangvogels, met flinke snavel, Corvus corax
Gangbaarheid
- Het woord raaf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "raaf" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "raaf" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ raaf op website: Etymologiebank.nl
- ↑ raaf op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Afrikaans
Uitspraak
- IPA: /rɑːf/
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | raaf | rawe |
Woordafbreking
- raaf
Zelfstandig naamwoord
raaf