• rave
enkelvoud meervoud
naamwoord rave -
verkleinwoord - -

rave [2]

  1. (muziek), (feest) wild en grootschalig dancefeest, zoals een houseparty


vervoeging
onbepaalde wijs to  rave 
he/she/it  raves 
verleden tijd  raved 
voltooid
deelwoord
 raved 
onvoltooid
deelwoord
 waving 
gebiedende wijs  rave 

rave

  1. onovergankelijk  razen ww , tekeergaan
  2. onovergankelijk in een enthousiaste/opgetogen toestand zijn
  3. onovergankelijk dwepen
  4. overgankelijk op een wilde manier uiten
enkelvoud meervoud
rave raves

[A] rave

  1. (informeel), (kunst) (overdreven) enthousiaste recensie
  2. (muziek), (feest) rave, wild feest met dancemuziek

[B] rave

  1. (landbouw) wagenladder
  1. rave, Online Etymology Dictionary