1. Drie Amerikaanse ravers in 2010.
  • ra·ver
enkelvoud meervoud
naamwoord raver ravers
verkleinwoord - -

de raverm

  1. (persoon) (jongerentaal) deelnemer aan een groot feest met housemuziek
     ‘Alle vraagtekens worden uitroeptekens”, zucht een raver in Paradise Trips, en dat vat het probleem van de film aardig samen.[1]
  1.   Weblink bron
    Coen van Zwol
    “Vader en zoon verzoend” (23 september 2015) op nrc.nl