pijl

Niet te verwarren met: Pijl

1. langwerpig projectiel met scherpe punt

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  pijl    (hulp, bestand)
• IPA: / pɛil / (1 lettergreep)

Gelijkklinkende woorden

• peil

Woordafbreking

• pijl

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘projectiel voor een boog’ voor het eerst aangetroffen in 1373
• via Middelnederlands pile van Latijn pilum
• [5] van lat pilus "een haar, haartje"

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	pijl	pijlen
verkleinwoord	pijltje	pijltjes

Zelfstandig naamwoord

de pijl m

1. (militair), (sport) langwerpig projectiel met scherpe punt dat met behulp van een boog afgeschoten kan worden

   • Hij heeft nog meer pijlen op zijn boog. 

2. symbool in de vorm van een lange streep met twee korte strepen die samenkomen in één punt (zoals ↑, ↗, →, ↘, ↓ of ←), vaak gebruikt om ergens de aandacht op te vestigen of richting aan te geven

   • Op het verkeersbord dat de wegomlegging aankondigde stond de pijl de verkeerde kant op. 

3. (wiskunde) de grootste afstand tussen een cirkel en een koorde
4. (bouwkunde) de afstand tussen de top van een boog en de verbindingslijn tussen de aanzetpunten
5. haar, dun reepje

   • een pijl witlof 

Typische woordcombinaties

• [1] pijl en boog

Uitdrukkingen en gezegden

• [1] als een pijl uit een boog
  opeens heel snel

Hyponiemen

   

amorspijl brandpijl gifpijl lawinepijl noordpijl ricochetpijl splitspijl verdovingspijl voorsorteerpijl vuurpijl werppijl zeepijl

Afgeleide begrippen

   

pijladder pijlbomen pijlbundel pijlenbundel pijlenkoker pijlformatie pijlgewicht pijlgif pijlgift pijlhout pijlinktvis pijlkoker pijlkruid pijlkruidkers pijlkruiser pijlnaad pijlriet pijlschots pijlslang pijlsnel pijlsnoek pijlstaart pijlstormvogel pijlvormig pijlwortel

Verwante begrippen

• boog, dart, lans, piek, raket, speer, spies, wijzer

Vertalingen

    1. projectiel   

Angelsaksisch: strǣl (ang) m/v Arabisch: سهم (ar) m (sáhm) Armeens: նետ (hy) (net) Aymara: mich'i (ay) Bosnisch: strijela (bs) v Catalaans: fletxa (ca) v, sageta (ca) v Cherokee: ᎫᏂ (chr) (guni) Chinees: 箭 (zh) (jiàn) Choctaw: oo-ske-noc-kay (cho) Deens: pil (da) g Duits: Pfeil (de) m Engels: arrow (en) Esperanto: sago (eo) Estisch: nool (et) Ewe: aŋutrɔ (ee) o Fins: nuoli (fi) Frans: flèche (fr) v Fries: pylk (fy) g Georgisch: ისარი (ka) (isari) Grieks: βέλος (el) o (vélos) , σαΐτα (el) v (saíta) Hebreeuws: חץ (he) m (khetz) Hindi: तीर (hi) m (tīr) , बाण (hi) Hongaars: nyíl (hu) IJslands: píla (is) v Indonesisch: anak panah (id) Landengte-Zapoteeks: baxa (zai) Italiaans: freccia (it) v Japans: 矢 (ja) (や, (ya)

Jiddisch: פֿײַל (yi) v (fayl) Koerdisch: tîr (ku) m, تیر (ku) Koreaans: 화살 (ko) (hwasal) Kroatisch: strijela (hr) v Latijn: sagitta (la) v Lezgi: хьел Mohawk: kayonkwere Noors: pil (no) Egyptisch: Ssr Perzisch: تیر (fa) (tîr) Pools: strzała (pl) v Portugees: flecha (pt) v, seta (pt) v Quechua: wach'i (qu) Roemeens: săgeată (ro) v Russisch: стрела (ru) v Schots-Gaelisch: saighead (gd) v, gath (gd) v Servisch: strela (sr) v, стрела (sr) v Siciliaans: freccia (scn) v Slowaaks: šíp (sk) Spaans: flecha (es) v Telugu: బాణము (te) (baaNaM) Thai: ลูกศร (th) (lôok sŏn) Tsjechisch: šíp (cs) m Turks: ok (tr) Oedmoerts: ньӧл Zweeds: pil (sv) g

Gangbaarheid

• Het woord pijl staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pijl" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.