militair
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: militair (hulp, bestand)
- IPA: / ˌmiliˈtɛːr / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˌmiliˈtɛːr/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˌmiliˈtɛːr/
- (Limburg): /ˌmiliˈtæːr/
Woordafbreking
- mi·li·tair
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘m.b.t. het krijgswezen’ voor het eerst aangetroffen in 1586 [1]
- Via het Franse militaire ontleend aan het Latijnse militaris ("m.b.t. soldaten"; ook wel "krijger, militair"). Dit laatste is het bijvoeglijke naamwoord bij miles (genitief militis; "soldaat"). De herkomst van miles is onduidelijk. Ofwel gaat het om een Etruskisch leenwoord, ofwel is het een erfwoord met als grondbetekenis iemand die in het gelid marcheert. In het laatste geval zou het verwant zijn met woorden als het Griekse ὅμιλος (hómilos; "menigte, mensenmassa") met het achtervoegsel -air
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | militair | militairen |
verkleinwoord | militairtje | militairtjes |
Zelfstandig naamwoord
militair m
- (beroep), (militair) lid van het leger, soldaat
- De militairen bereiden de missie voor.
- Militairen moeten weer in uniform over straat kunnen, bijvoorbeeld als zij onderweg zijn naar hun werk. Dat vinden militaire vakbond AFMP en belangenvereniging VOG. Sinds 2014 mogen militairen hun uniform niet meer dragen als zij onderweg zijn naar hun werk. De organisaties willen hierover in gesprek met minister Hennis van Defensie..[2]
Vertalingen
1. lid van een leger
|
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | militair | militairder | militairst |
verbogen | militaire | militairdere | militairste |
partitief | militairs | militairders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
militair
- met het leger te maken hebbend
Antoniemen
Afgeleide begrippen
- militair-civiel, militair-economisch, militair-industrieel, militair-politiek, militair-strategisch, militair-technisch, militarisme, militarist
Uitdrukkingen en gezegden
- militaire regering
een regering, die gevormd is door hohe militairen, een junta
Vertalingen
1. met het leger te maken hebbend
2. militaire regering
Gangbaarheid
- Het woord militair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "militair" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[5] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "militair" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Sjoerd Klumpenaar NRC 2 mei 2016
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044625691
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be