1. De Argentijnse militaire junta in 1978.
  • jun·ta
enkelvoud meervoud
naamwoord junta junta's
verkleinwoord - -

de juntav / m

  1. (regering) groep hoge militairen die samen de baas zijn over het bestuur van een land
    • Het gaat om 54 inmiddels oudere mannen, verdacht van onder meer moord, marteling en ontvoering tijdens de militaire dictatuur van de junta onder generaal Jorge Videla (1976-1983). [3]
77 % van de Nederlanders;
70 % van de Vlamingen.[4]


enkelvoud meervoud
junta juntas

junta v

  1. vergadering, bijeenkomst

junta

  1. vrouwelijk enkelvoud van junto
vervoeging van
juntar

junta

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van juntar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van juntar