Huidig
bestand
522
  • -is·me
enkelvoud meervoud
naamwoord -isme -ismen
verkleinwoord

-isme o

  1. maakt een abstract begrip, stroming of ideologie van een naamwoord (bijvoeglijk, zelfstandig of eigennaam)
    sociaalsocialisme
    alcoholalcoholisme
    Calvijncalvinisme
  2. vooral gebruikt voor politieke, economische, filosofische systemen, theorieën en doctrines, en kunststromingen
  3. eigenschappen, processen of verschijnselen b.v. magnetisme
  4. element dat uit de genoemde taal is overgenomen in het Nederlands b.v. anglicisme, belgicisme, dialectisme, frisisme, gallicisme, germanisme, graecisme, hebraïsme, lusitanisme