[2] Racisme van drie blanke jongens.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ra·cis·me
Woordherkomst en -opbouw
  • van Frans  racisme zn  [1][2]
    Vanaf het einde van de 20e eeuw is onder invloed van het Amerikaans Engelse racism de betekenis verruimd van de opvatting [1] naar het maatschappelijk gevolg daarvan [3].
enkelvoud meervoud
naamwoord racisme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het racismeo

  1. (filosofie) (politiek) opvatting dat mensen door afstamming kunnen worden ingedeeld in grote groepen met verschillende uiterlijke kenmerken ("ras") en dat zo'n indeling belangrijk is voor het inrichten van de samenleving
     Racisme is volgens mij nog altijd dat je negatieve eigenschappen toedicht op grond van iemands dna. Iemand is neger dus dom, iemand is Jood en kan dus geen juweel met rust laten.[3]
      Het liberalisme ziet in de eerste plaats het individu en de individueele rechten. Het socialisme en het communisme zien in de eerste plaats de werkende standen. Het nationalisme ziet in de eerste plaats de gemeenschap van taal, cultuur en traditie. Het racisme ziet in de eerste plaats de gemeenschap van het bloed, grondslag van de gemeenschap van cultuur en zelfs van godsdienst.[4]
  2. (figuurlijk) uiting waarin mensen beter of slechter naar voren komen door een indeling aan de hand van aangeboren uiterlijke kenmerken of afstamming van een etnische groep
     De Rossumse wagenbouwvereniging De Sjeesköttels wordt beschuldigd van racisme. In de carnavalsoptochten van Oldenzaal en in die van Rossum waren de deelnemers van de loopgroep zwart geschminkt.[5]
     Met het oog op volledigheid stem ik in, en een paar dagen later volgt het interview in een Amsterdams café. Fanatiek libertariër Yernaz gelooft heilig in de markt en vindt (institutioneel) racisme onzin. Hij wijst op het belang van IQ, wat volgens hem dan weer hoger is bij het ene volk dan bij het andere. Gedurende een kleine twee uur zijn we het vrijwel geen seconde met elkaar eens, maar het gesprek verloopt in een gezellige sfeer.[6]
  3. (sociologie) achterstelling van mensen door hen in te delen aan de hand van aangeboren uiterlijke kenmerken of afstamming van een etnische groep
     Zo blijkt racisme en discriminatie niet alleen op de arbeidsmarkt, woningmarkt, bij de politie en Belastingdienst plaats te vinden, maar ook in de geboortezorg. Pardon? Ja, in de geboortezorg. Pia Sophia (23) deelde op sociale media haar praktijkervaringen als verloskundige, met een aantal voorbeelden van hoe soms wordt omgegaan met zwarte en lichtgetinte vrouwen. Bijvoorbeeld over een gebrekkig Nederlands sprekende vrouw die voor het eerst moest bevallen, en haar baby „met grof geweld (het driedubbele aan het maximaal geadviseerde vacuümextracties) ter wereld [werd] gebracht”. Toen ze van pijn en angst schreeuwde „werd haar toegebeten dat ze stil moest zijn, want ‘in Nederland gillen we niet zo wild tijdens de bevalling’.[7]
     De Ierse Anne Murray (72) kan zich nog herinneren hoe het was toen zij in Reading kwam wonen. Haar vader en ooms hadden er werk gevonden in de bouw: „Er was een vreselijk vooroordeel tegenover buitenlanders. ‘No dogs, No blacks, No Irish’, stond in etalages. Dan wist je genoeg.” Misschien dat een dergelijk racisme nog bestaat tegenover Polen, maar niemand zal het zo publiekelijk laten merken, zegt ze.[8]
     Schoorvoetend begonnen Amerikanen tijdens de oorlog in te zien dat wie het racisme in Europa wilde bestrijden, ook het racisme in eigen land moest aanpakken. Tegenstanders van rassendiscriminatie spraken hoopvol over Double V – victory at home and abroad. De buitenlandse overwinning werd evenwel nog altijd gesegregeerd bevochten, want zwarte soldaten streden in aparte pelotons, onder blanke officieren. De bloedtransfusiedienst van het Amerikaanse leger hield ‘zwart’ en ‘blank’ bloed strikt gescheiden.[9]
Schrijfwijzen
  • rascisme
  • rasisme
Synoniemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[10]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. racisme op website: Etymologiebank.nl
  3.   Weblink bron “Ik geloof niet dat onze dienders een stelletje racisten zijn” (02-07-2015), Parool
  4.   Weblink bron
    Max Lamberty
    De Vlaamsche beweging en het begrip volk in: Dietsche Warande en Belfort., jrg. 39 nr. 1 (januari 1939), Antwerpen, p. 7
  5.   Weblink bron
    Alphons Weierink
    “Carnavalsvereniging beschuldigd van racisme na optocht” (12 februari 2018), dagblad AD
  6.   Weblink bron
    Jeroen Pen
    “Yernaz Ramautarsing: “Ik dacht dat ik als Surinamer met meer kon wegkomen”” (03 april 2018), televisieprogramma Brandpunt
  7.   Weblink bron
    Lotfi El Hamidi
    “Kraamracisme” (17-06-2020), NRC
  8.   Weblink bron
    Titia Ketelaar
    “Ander land, zelfde koningin” (4 februari 2012) op nrc.nl  
  9.   Weblink bron
    Bas Kromhout
    De kloof tussen wit en zwart Amerika, Dominee Martin Luther King groeide uit tot een Messiaanse figuur (3-2003) in: Historisch Nieuwsblad  
  10.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


Deens

Zelfstandig naamwoord

racisme o

  1. racisme

Verwijzingen


Frans

Uitspraak
Woordafbreking
  • ra·cisme
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van race met het achtervoegsel -isme.
  • Voor het eerst aangetroffen in het jaar 1892 in de roman Jean Révolte van de journalist Gaston Méry. [1]

Zelfstandig naamwoord

racisme m

  1. racisme

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    PATRICK CABANEL, MARYLINE VALLEZ
    “La haine du Midi l’antiméridionalisme dans la France de la Belle Époque.” (2005), Éditions du CTHS, Parijs, pp. 87-97