• vreemd
  • In de betekenis van ‘uitheems, zonderling’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1237 [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen vreemdvreemdervreemdst
verbogen vreemdevreemderevreemdste
partitief vreemdsvreemders-
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]