chemie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- che·mie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘scheikunde’ voor het eerst aangetroffen in 1614 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chemie | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
chemie v
- (wetenschap) wetenschap die zich bezig houdt met de kennis van de stoffen zoals die zijn opgebouwd uit atomen
- „Dit is zeer interessant. En ook zeer relevant voor de manier waarop wij met plastics omgaan”, zegt Bert Klein Gebbink, hoogleraar Organische chemie en katalyse aan de Universiteit Utrecht, die zelf niet bij het onderzoek betrokken is. Volgens hem brengt dit onderzoek de zogeheten chemische recycling van plastics een stap dichterbij.[3]
- (figuurlijk) harmonieuze samenwerking, m.n. in politieke context
Synoniemen
- [1] scheikunde
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. wetenschap die zich bezig houdt met de kennis van de stoffen zoals die zijn opgebouwd uit elementen
Gangbaarheid
- Het woord chemie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "chemie" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[6] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "chemie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ chemie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Marcel aan de Brugh NRC 21 juni 2016
- ↑ Volkskrant 2011
- ↑ Ellen Deckwitz NRC 23 juni 2016
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Afrikaans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chemie | - |
Uitspraak
- IPA: /xemi/
Woordafbreking
- che·mie
Zelfstandig naamwoord
chemie
- (wetenschap) chemie, scheikunde; wetenschap die zich bezig houdt met de kennis van de stoffen zoals die zijn opgebouwd uit atomen
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Limburgs
Zelfstandig naamwoord
chemie
- (wetenschap) chemie, scheikunde; wetenschap die zich bezig houdt met de kennis van de stoffen zoals die zijn opgebouwd uit atomen
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Nedersaksisch
Zelfstandig naamwoord
chemie
- (wetenschap) chemie, scheikunde; wetenschap die zich bezig houdt met de kennis van de stoffen zoals die zijn opgebouwd uit atomen
Schrijfwijzen
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Stellingwerfs
Zelfstandig naamwoord
chemie
- (wetenschap) chemie, scheikunde; wetenschap die zich bezig houdt met de kennis van de stoffen zoals die zijn opgebouwd uit atomen
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /xɛmɪjɛ/
Woordafbreking
- che·mie
Zelfstandig naamwoord
chemie v
- (wetenschap) scheikunde, chemie; wetenschap die zich bezig houdt met de kennis van de stoffen zoals die zijn opgebouwd uit atomen
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | chemie | chemie |
genitief | chemie | chemií |
datief | chemii | chemiím |
accusatief | chemii | chemie |
vocatief | chemie | chemie |
locatief | chemii | chemiích |
instrumentalis | chemií | chemiemi |
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
Verwante begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)