• al·che·mie
enkelvoud meervoud
naamwoord alchemie -
verkleinwoord - -

de alchemiev

  1. (wetenschap) vroegere occulte wetenschap, waarin onder andere werd geprobeerd om de Steen der Wijzen te vinden en daarmee edelmetalen uit andere elementen te vormen
    • Het hoofddoel van de alchemie was het ontdekken van de "lapis philosophorum". 
  2. vreemde, bijzondere, wonderbaarlijke interacties tussen verschillende zaken en personen
     Het is een vreemde alchemie van wanen die zich voor je ogen afspeelt.[3]
95 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[4]