Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • na·no·gram
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nanogram nanogrammen
verkleinwoord nanogrammetje nanogrammetjes

Zelfstandig naamwoord

nanogram o

  1. (natuurkunde), (eenheid) een massa (gewicht) met een waarde van één miljardste gram of 0,000.001 milligram, weergegeven met symbool ng
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be


Pools

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandige naamwoord gram met het voorvoegsel nano-

Zelfstandig naamwoord

nanogram m

  1. (eenheid)(natuurkunde) nanogram; een massa (gewicht) met een waarde van één miljardste gram of 0,000.001 milligram
Afkorting


Slowaaks

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandige naamwoord gram met het voorvoegsel nano-

Zelfstandig naamwoord

nanogram monbezield

  1. (eenheid)(natuurkunde) nanogram; een massa (gewicht) met een waarde van één miljardste gram of 0,000.001 milligram
Afkorting
Afgeleide begrippen


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /nanɔgram/
Woordafbreking
  • na·no·gram
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandige naamwoord gram met het voorvoegsel nano-

Zelfstandig naamwoord

nanogram monbezield

  1. (eenheid)(natuurkunde) nanogram; een massa (gewicht) met een waarde van één miljardste gram of 0,000.001 milligram
Verbuiging
Afkorting
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Meer informatie

Verwijzingen