vliegenvanger
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vliegenvanger (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvliɣə(n)ˌvɑŋər / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- vlie·gen·van·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vliegenvanger | vliegenvangers |
verkleinwoord | vliegenvangertje | vliegenvangertjes |
Zelfstandig naamwoord
de vliegenvanger m
- voorwerp om vliegen te vangen, bijv. een langwerpig stuk kleverig papier
- (zangvogels) benaming voor kleine vogels uit de familie Muscicapidae die weer behoort tot de superfamilie Muscicapoidea
Verwante begrippen
Hyponiemen
2. kleine vogels
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord vliegenvanger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.