maorivliegenvanger

 
  • (IPA in voorbereiding)
  • ma·o·ri·vlie·gen·van·ger
enkelvoud meervoud
naamwoord maorivliegenvanger maorivliegenvangers
verkleinwoord maorivliegenvangertje maorivliegenvangertjes

de maorivliegenvangerm

  1. (zangvogels) Petroica macrocephala   een zangvogel uit de familie Petroicidae   (Australische vliegenvangers). Deze soort is endemisch in Nieuw-Zeeland en telt 5 ondersoorten