norfolkvliegenvanger

Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • nor·folk·vlie·gen·van·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord norfolkvliegenvanger norfolkvliegenvangers
verkleinwoord norfolkvliegenvangertje norfolkvliegenvangertjes

Zelfstandig naamwoord

de norfolkvliegenvangerm

  1. (zangvogels) Petroica multicolor   een zangvogel uit de familie Petroicidae   (Australische vliegenvangers). Deze vogel werd lange tijd opgevat als een ondersoort van de karmijnvliegenvanger (P. pusilla). Echter, volgens uitgebreid onderzoek dat in 2015 werd gepubliceerd verdient dit taxon de status van aparte soort en is dit taxon ook eerder verwant aan de roodkapvliegenvanger (P. goodenovii)
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie