prikken
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- prik·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
prikken |
prikte |
geprikt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
prikken
- een prik of steek toedienen, met een dun voorwerp doorboren
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. een prik of steek toedienen, met een dun voorwerp doorboren
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | prikken | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de prikken mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord prik
- meervoudsvorm als officiële benaming (kaaklozen) een familie Petromyzontidae van kaakloze vissen (Agnatha ). Er zijn ongeveer 40 soorten, waarvan de meeste in zoet water leven. De mond is rond (zie afbeelding) en volwassen dieren hebben een rasptong met tandjes. Sommige soorten zuigen bloed bij andere vissen
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
- [2] beekprik, rivierprik, zeeprik
Verwante begrippen
Hyponiemen
- aanprikken, afprikken, doorprikken, inprikken, lekprikken, naaldeprikken, omprikken, openprikken, opprikken, uitprikken, vastprikken, verprikken
Afgeleide begrippen
- gewone priktolhoren
- prik aan, prik af, prik door, prik in, prik lek, prik op, prikaccident, prikactie, prikbelasting, prikbewaking, prikblok, prikbord, prikdatum, prikkaart, prikken aan, prikken af, prikken door, prikken in, prikken lek, prikken op, prikkenaas, prikkenbak, prikkenbeen, prikkenbijter, prikkendief, prikkentoot, prikker, prikking, prikklok, prikkorf, priklijn, priklimonade, prikneus, prikogen, prikpagina, prikpatroon, prikpen, prikpil, prikpistool, prikplank, prikpolarisatie, prikpost, prikpropaganda, priksafari, prikschuit, prikslede, prikslee, prikspijt, prikstaking, prikstempel, prikster, priksterilisatie, prikstok, priktol, priktwijfelaar, prikverbod, prikvertikker, prikvis, prikvisserij, prikwaarde, prikwater, prikwerk, prikzuster
Gangbaarheid
- Het woord prikken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "prikken" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "prikken" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ prikken op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be