• prik·twij·fe·laar
enkelvoud meervoud
naamwoord priktwijfelaar priktwijfelaren
priktwijfelaars
verkleinwoord

de priktwijfelaarm

  1. persoon die niet weet of hij zich wel of niet wil laten vaccineren
     De arts hoopt dat enkele priktwijfelaars tijdens de kerstdiners worden overgehaald om zich alsnog te laten vaccineren. ,,En als dat om twee uur ‘s nachts is, bieden we ze de kans!”, zegt Mostakiem. Al komen de meeste mensen naar de prikmarathon om een booster te halen.[1]
  1.   Weblink bron “Wintersport in Oostenrijk gered dankzij prikmarathon in Duitsland: ‘We zijn heel blij’” (25-12-2021), Tubantia