vrouwentong
- Geluid: vrouwentong (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvrauwənˌtɔŋ / (4 lettergrepen)
- vrou·wen·tong
- samenstelling van vrouw zn en tong zn met het invoegsel -en- [1] [2]
- [2] omdat vorm en beweeglijkheid van de bladeren aan tongen van vrouwen doet denken
- [3] omdat de vorm van het blad aan een smalle tong doet denken
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vrouwentong | vrouwentongen |
verkleinwoord | - | - |
- beweeglijk lichaamsdeel in de mond zoals die door een vrouwelijk persoon wordt gebruikt om te spreken
- (bloemplanten) bepaald soort loofboom, Populus tremula , die inheems is in de Benelux en tot 35 meter hoog kan worden
Ook gebruikt als benaming voor een blaadje van deze boom.- ▸ Wie niet gelooft dat het vooral mannen zijn die planten bijnamen geven, die moet die van de ratelpopulier (Populus tremula) maar eens op zich laten inwerken: vrouwentong.[5]
- (bloemplanten) bepaald soort vetplant, Dracaena trifasciata , die als kamerplant wordt gebruikt
Ook gebruikt als benaming voor een blad van deze plant.- ▸ Toen mijn Nani [oma] naar Nederland reisde nam zij een plant mee die in Suriname beter bekend staat als de vrouwentong.[6]
-
1. Een uitgestoken vrouwentong.
-
2. Een vrouwentong langs de weg.
-
3. Een pot met een vrouwentong.
- [2] ratelpopulier
- [3] sanseveria
- [3] Ook de oudere wetenschappelijke benaming Sansevieria trifasciata wordt nog wel gebruikt.
- Het meervoud vrouwentongen wordt ook nog als benaming voor een grassoort gebruikt: bevertjes, Briza media .
- amandelwilg
- berijpte wilg
- beuk
- bittere wilg
- boskers
- boswilg
- Duitse dot
- eetappel
- es
- esp
- Europese vogelkers
- fladderiep
- gele kornoelje
- geoorde wilg
- gewone es
- gewone esdoorn
- gewone vogelkers
- gladde iep
- grauwe abeel
- grauwe wilg
- grootbladige linde
- haagbeuk
- Hollandse linde
- hulst
- katwilg
- kleinbladige linde
- kraakwilg
- kronkelwilg
- laurierwilg
- mispel
- ratelpopulier
- rode kornoelje
- ruwe berk
- ruwe iep
- schietwilg
- Spaanse aak
- sporkeboom
- sporkehout
- steeliep
- veldesdoorn
- vuilboom
- waterwilg
- wegedoorn
- wilde appel
- wilde lijsterbes
- wilde peer
- wintereik
- winterlinde
- witte els
- zachte berk
- zoete kers
- zomereik
- zomerlinde
- zwarte els
- zwarte populier
- zwarte wilg +
- Het woord vrouwentong staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] vrouwentong op Wikidata
- [2] ratelpopulier op "Wilde planten in Nederland en België" ♣
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ vrouwentong op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Janna Laeven“Opiniebladen maken spannender covers dan glossy’s” (30 mei 2012) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Peter Bekkers“Liever vierendelen met woorden” (1 april 1995) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Ab Jansen“Vrouwentong” (14 september 2016) op rd.nl
- ↑ Weblink bron Fazle Shairmahomed“Jongvolwassenen van Hindostaanse afkomst en hun ‘onzichtbare’ gemeenschap” (7 september 2021), onderschrift foto op nrc.nl