laurierwilg
- Geluid: laurierwilg (hulp, bestand)
- IPA: / lɑuˈrirwɪləx / (3 of 4 lettergrepen)
- lau·rier·wilg
- samenstelling van laurier zn en wilg zn , omdat de bladeren op laurierbladeren lijken [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | laurierwilg | laurierwilgen |
verkleinwoord | - | - |
de laurierwilg m
- (bloemplanten) bepaald soort loofboom, Salix pentandra , die inheems is in de Benelux en tot 12 meter hoog kan worden
- ▸ Nu we het toch over de flora en fauna hebben: waar zijn de noordse zegge, het stijf struisriet, de grote pimpernel, de laurierwilg, de naaldwaterbies en de draadrus?[2]
- amandelwilg
- berijpte wilg
- beuk
- bittere wilg
- boskers
- boswilg
- Duitse dot
- eetappel
- es
- esp
- Europese vogelkers
- fladderiep
- gele kornoelje
- geoorde wilg
- gewone es
- gewone esdoorn
- gewone vogelkers
- gladde iep
- grauwe abeel
- grauwe wilg
- grootbladige linde
- haagbeuk
- Hollandse linde
- hulst
- katwilg
- kleinbladige linde
- kraakwilg
- kronkelwilg
- mispel
- ratelpopulier
- rode kornoelje
- ruwe berk
- ruwe iep
- schietwilg
- Spaanse aak
- sporkeboom
- sporkehout
- steeliep
- veldesdoorn
- vuilboom
- waterwilg
- wegedoorn
- wilde appel
- wilde lijsterbes
- wilde peer
- wintereik
- winterlinde
- witte els
- zachte berk
- zoete kers
- zomereik
- zomerlinde
- zwarte els
- zwarte populier
- zwarte wilg +
- Het woord 'laurierwilg' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] laurierwilg in het Nederlands Soortenregister N
- [1] laurierwilg op Wikidata
- [1] laurierwilg op "Wilde planten in Nederland en België" ♣
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Rolf BosGoedemorgen, Pieterpad? Nee, Overijsselpad. in: De Volkskrant , jrg. 73 nr. 21362 (22 oktober 1994), NV De Volkskrant, 's-Hertogenbosch, p. 75 (Vervolg 23) kol. 3