1. Een Spaanse aak, Acer campestre.
  • Spaan·se aak
enkelvoud meervoud
naamwoord Spaanse aak Spaanse aken
verkleinwoord Spaans aakje Spaanse aakjes

de Spaanse aakm

  1. (bloemplanten) bepaald soort loofboom, Acer campestre  , die inheems is in de Benelux, tot 12 meter hoog kan worden en behoort tot de zeepboomfamilie Sapindaceae  
     Bij concurrerende bomen die wel schaduw verdragen als linde, esdoorn, Spaanse aak en haagbeuk heeft de eik geen kans.[3]
  • Spaansche aak (officiële spelling tot 1935 in Nederland en 1946 in België)
namen van loofbomen in de Benelux:
   1. zie: veldesdoorn