Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vrij·dag·mid·dag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vrijdagmiddag vrijdagmiddagen
verkleinwoord vrijdagmiddagje vrijdagmiddagjes

Zelfstandig naamwoord

de vrijdagmiddagm

  1. (tijdrekening) de uren van een vrijdag tussen het middaguur en de avond
    • We hebben die hele vrijdagmiddag in het ziekenhuis doorgebracht. 

Bijwoord

vrijdagmiddag

  1. (tijdrekening) op de middag van de vrijdag
    • Kun je vrijdagmiddag ook komen? 
     Koning Willem-Alexander en zijn gezin poseren vrijdagmiddag weer voor fotografen. NU.nl-verslaggever Danja Koeleman vertelt hoe het er achter de schermen aan toegaat.[1]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Grapjes, wensen en regie door de koning: zo gaat de Oranje-fotosessie” (23 juni 2022), NU.nl