periferie
- pe·ri·fe·rie
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘buitenkant’ voor het eerst aangetroffen in 1669 [1]
- afgeleid van het Griekse perifeer met het achtervoegsel -ie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | periferie | periferieën |
verkleinwoord | periferietje | periferietjes |
de periferie v
- (aardrijkskunde) een buitengebied of randgebied, zoals van een stad, land of de wereld
- In de periferie van de wereld heerst er grote armoede.
- Impulsiviteit, wreedheid en bruut machtsvertoon zijn het nieuwe normaal. Waar voorheen autocratische regimes in de periferie van de wereldpolitiek lippendienst bewezen aan de geloofsartikelen van de liberale democratie, die door het Westen werd uitgedragen, daar zijn de rollen nu omgedraaid.[3]
1.
- Het woord periferie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "periferie" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "periferie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ periferie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ www.nrc.nl (5 jun 2025)
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- IPA: /pɛrɪfɛrɪjɛ/
- pe·ri·fe·rie
periferie v
- (aardrijkskunde) periferie; een buitengebied of randgebied, zoals van een stad, land of de wereld
- Zie Wikipedia voor meer informatie.