Pedaal voor de bass drum van een drumstel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pe·daal
Woordherkomst en -opbouw
  • van Frans pédale, in de betekenis van ‘hefboom met de voet bediend’ voor het eerst aangetroffen in 1557 [1] [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord pedaal pedalen
verkleinwoord pedaaltje pedaaltjes

Zelfstandig naamwoord

pedaal m/o

  1. (techniek) met de voet te bedienen hefboom voor de bediening van apparaten, machines en (muziek-)instrumenten, het aandrijven of besturing van vaar-, voer- of vliegtuigen
    • Nu vraag ik je: "Welk pedaal wordt het meest gebruikt: het gas- of rempedaal?". 
  2. (muziekinstrument) het voetklavier van een orgel
  3. (muziekinstrument) een van de bedieningsorganen van een harp, pauk, piano enz.
Synoniemen
Antoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen