• gi·ga·byte
enkelvoud meervoud
naamwoord gigabyte gigabytes
verkleinwoord gigabyteje gigabytejes

de gigabytem

  1. (informatica) 1.000.000.000 bytes, oftewel 1.000 megabyte, weergegeven met symbool GB
  2. (informatica) (verouderd) 1024³ bytes, tegenwoordig gibibyte geheten, weergegeven met symbool GiB
97 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[1]


  • IPA: /gɪgabajt/
  • gi·ga·by·te
  • Afgeleid van het zelfstandige naamwoord byte met het voorvoegsel giga-

gigabyte monbezield

  1. (informatica) gigabyte; 1.000.000.000 bytes
  2. (informatica)(spreektaal)(verouderd) gigabyte; 1.073.741.824 bytes
  1. GB
  2. GiB, (spreektaal)(verouderd) GB
  1. gibibajt monbezield
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be