• plo·sief
enkelvoud meervoud
naamwoord plosief plosieven
verkleinwoord plosiefje plosiefjes

de plosiefm

  1. (taalkunde) medeklinker die geproduceerd wordt met een volledige obstructie ergens in het spraakkanaal
    • In het Nederlands worden stemhebbende plosieven, net als stemhebbende fricatieven, aan het eind van een lettergreep stemloos gemaakt.