sisklank
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sis·klank
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van sis ww en klank
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sisklank | sisklanken |
verkleinwoord | sisklankje | sisklankjes |
Zelfstandig naamwoord
de sisklank m
- (taalkunde) een medeklinker die geproduceerd wordt met een gedeeltelijke obstructie ergens in het spraakkanaal
- In het Nederlands worden stemhebbende sisklanken, net als stemhebbende plofklanken, aan het eind van een lettergreep stemloos gemaakt.
Synoniemen
Verwante begrippen
- plosief, occlusief, plofklank, nasaal, neusklank, vloeiklank, liquida, glijklank, halfvocaal, affricaat, medeklinker
Vertalingen
1. een medeklinker die geproduceerd wordt met een gedeeltelijke obstructie ergens in het spraakkanaal
Gangbaarheid
- Het woord sisklank staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sisklank" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be