Nederlands

 
Een meeuw.
Uitspraak
Woordafbreking
  • meeuw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord meeuw meeuwen
verkleinwoord meeuwtje meeuwtjes

Zelfstandig naamwoord

de meeuwv / m

  1. (steltloperachtigen) benaming voor zeevogels uit de familie Laridae  
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen