kanarie
- ka·na·rie
- geoniem, van Frans canari dat verwijst naar het oorspronkelijke leefgebied, de Canarische Eilanden; in de betekenis van ‘zangvogel’ aangetroffen vanaf 1554 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kanarie | kanaries |
verkleinwoord | kanarietje | kanarietjes |
de kanarie m
- (zangvogels) benaming voor vogels uit het geslacht Serinus
- bepaald soort kleine vogel, Serinus canaria
- alario-kanarie, ankoberkanarie, Arabische kanarie, basutokanarie, bergkanarie, boskanarie, dunbekkanarie, Europese kanarie, geelborstkanarie, geelbrauwkanarie, geelbuikkanarie, geelkruinkanarie, geelstuitkanarie, geelvoorhoofdkanarie, gestreepte dunbekkanarie, gestreepte kanarie, grijsnekkanarie, Indonesische kanarie, Jemenitische kanarie, Kaapse kanarie, kipengerekanarie, maskerkanarie, mindanaokanarie, miombokanarie, noordelijke dikbekkanarie, papyruskanarie, principekanarie, Reichenows kanarie, roodvoorhoofdkanarie, Rüppells kanarie, Salvadori's kanarie, saotomékanarie, shoakanarie, streepborstkanarie, streepkopkanarie, Syrische kanarie, Tibetaanse kanarie, West-Afrikaanse kanarie, witbandkanarie, witbuikkanarie, witkeelkanarie, zuidelijke dikbekkanarie, zwartkeelkanarie, zwartkopkanarie, zwartwangkanarie, zwavelkanarie
- alariokanarie, befkanarie, boerenluiskanarie, citroenkanarie, dikbekkanarie, fransmankanarie, kleurkanarie, kruiskanarie, mankanarie, mijnkanarie, zangkanarie, zeekanarie
- kanariepietje, kanariesmalsnuitje, kanarievliegenvanger
- kanarieboom, kanariegeel, kanariegras, kanariekers, kanariekooi, kanariekruid, kanariekut, kanariekwekend, kanarieneuker, kanarieolie, kanariepiet, kanariepokken, kanarieras, kanarieslag, kanarieteelt, kanarievlinder, kanarievoer, kanarievogel, kanariewijn, kanariezaad
- [1.1] de kanarie in de koolmijndegeen wiens lot een eerste aanwijzing is voor een naderend probleem op veel grotere schaal
- [1] zo high als een kanarieheel erg onderinvloed zijn van drugs; zo stoned als een garnaal
- • Pas na vier dagen uitgebreid experimenteren begon ik het eindelijk door te krijgen en wandelde vervolgens zo high als een kanarie door de bergen. [3]
1.1 bepaald soort vogel Serinus canarius
- Het woord kanarie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kanarie" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "kanarie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ kanarie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors: Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada, 2018
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be