ISO 639-3
pus
bestand
  • Pasj·toe
enkelvoud meervoud
naamwoord Pasjtoe -
verkleinwoord
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Pasjtoe - -
verkleinwoord - - -

het Pasjtoeo

  1. geen meervoud (taal) Iraanse taal die vooral in Afghanistan en Pakistan door 50 tot 60 miljoen Pathanen wordt gesproken
    • Eén zaak mislukt binnen een paar minuten – een Afghaan die bezwaar maakt tegen zijn opsluiting. De tolk stelt vast dat de man Pasjtoe spreekt, terwijl Urdu was besteld. Uitstellen dus. [1]