braaf
- braaf
- Van Frans brave, al dan niet via Italiaans bravo. Verder te herleiden tot Latijn barbarus en uiteindelijk Grieks βάρβαρος (zie ook barbaar).
- De betekenis was oorspronkelijk "dapper, onbevreesd". Voor het eerst aangetroffen in het jaar 1379. In de moderne betekenis ‘eerzaam, gehoorzaam’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1769 [1][2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | braaf | braver | braafst |
verbogen | brave | bravere | braafste |
partitief | braafs | bravers | - |
braaf
- bereid om de geldende regels in acht te nemen, gehoorzaam
- Hij was niet altijd de braafste van de klas.
- Meisjes zijn vaak braver dan de ondeugende jongens.
- (pejoratief) weinig vernieuwend
- ▸ Hebt u het portret gezien boven de haard? U herkent zonder twijfel de markante en nobele trekken van Niccoló Paganini. Ik zal de eerste zijn om uw gelijk te beamen wanneer u zegt dat het in schilderkundig opzicht geen meesterwerk betreft. Het is gemaakt door een brave, mindere meester, die er zelfs in zijn tijd niet om bekendstond dat hij zijn tijd vooruit was.[3]
- (wiskunde) intuïtieve, gemakkelijk manipuleerbare eigenschappen hebbend
- Een functie is braaf als ze eindige afgeleiden van alle orden heeft in alle punten, en geen discontinuïteiten heeft.
- kuis
- (verouderd) moed bezittend
- (verouderd) statig
- ▸ [...] gaet by seker Burger die een Dochter met een Oogh hadde, seggende: Wat sult ghy my geven, indien ik u een braaf Karel tot een Swager bestel?[4]
- [1], [2] (intensivering) doodbraaf, inbraaf
- [1] ondeugend, stout
- [5] dapper, moedig, onbevreesd, onversaagd, onverschrokken
- [1,2,4] brave hendrik
- Het braafste jongetje van de klas
Iemand die de regels opvallend goed (het beste van iedereen) naleeft; vaak figuurlijk gebruikt, bijvoorbeeld in een geopolitieke context voor landen die zich het beste aan internationaal geldende afspraken houden
braaf
- Het woord braaf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "braaf" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ braaf op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "braaf" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 15
- ↑ J.J. Struys“Drie aanmerkelijke en seer rampspoedige Reysen” (1676)
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be