Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • za·del·rob
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zadelrob zadelrobben
verkleinwoord zadelrobje zadelrobjes

Zelfstandig naamwoord

de zadelrobm

  1. (roofdieren) bepaald soort zoogdier, Pagophilus groenlandicus  , een voornamelijk in de Noordelijke IJszee, rond de Noordpool levende zeehond
    • Het neerknuppelen van de jongen van de zadelrob in Canada heeft veel stof doen opwaaien. 
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie